28 mei 2014
‘Als ik zeg dat we een gedicht gaan schrijven, dan weet ik nu al wat ze gaan zeggen.’ Wij kijken L. vragend aan. ‘Bleh, schrijven’, doet ze voor en ze zakt onderuit in haar stoel. Meteen herinner ik me dat ook weer van toen ik zelf op school zat. Getver, taal. Totdat op die ene dag er een dichteres in de klas kwam. Ze las ons voor en zette ons toen aan het werk. Ze hielp ons op weg, zette stapjes met ons, leidde ons door een proces. Aan het eind van de middag had ik een gedicht geschreven. Sindsdien weet ik dat ik eigenlijk houd van taal.
Wij voelen allemaal het sterke verlangen om ons te uiten, te vertellen wie we zijn en hoe we de wereld ervaren. Soms heb je iemand nodig om je daarbij te helpen. Door te laten ervaren dat taal mooi is, bijvoorbeeld, of door je via opdrachtjes op een nieuwe weg te brengen. De workshops binnen project Het Andere Gedicht helpen jou (begeleider, docent) om anderen te helpen zich te uiten in taal. Hoe krijg je iemand werkelijk aan het vertellen? Hoe week je iemand los van clichés en algemeenheden? Hoe kom je in contact met iemands ‘eigen taal’?
‘Ik denk dat ik dit wel kan verkopen aan onze deelnemers’, zegt L, terwijl ze kijkt naar het gedicht dat ze net zelf via 10 eenvoudige stappen heeft geschreven. Ze knikt nog even. ‘Ja, dit is eigenlijk namelijk gewoon heel leuk’.
Ik denk aan de dichteres die bij mij in de klas kwam. Ik heb haar later wel eens gegoogled. Verschrikkelijke gedichten schrijft ze, vind ik nu. Ze moest eens weten welke stroom ze destijds in gang heeft gezet…
door Inge Raadschelders
Dit blog is oorspronkelijk gepubliceerd op het kennisplatform van Special Arts.